Het is duidelijk dat mensen zich altijd groeperen omdat ze dan sterker staan tegenover derden. Zo ontstaan er stammen, volkeren en landen. Hieruit groeit een overheid om deze groepen mensen een leefbare gemeenschap te bezorgen. Helaas blijft het daar niet bij. Zowat overal en altijd zie je dat de overheid niet ten dienste staat van de mensen maar dat de mensen ten dienste moeten staan van de overheid.
Eén van de fouten is dat een overheid meent dat ze het economisch leven dient te sturen. Niets is minder waar. Economie ontstaat wanneer 2 mensen goederen willen ruilen met elkaar. Iedere overheidsinterventie verstoort dit spontaan gebeuren.
Laten we eens een eenvoudig voorbeeld nemen. U heeft honger en wilt een brood kopen. Daarvoor gaat u naar de bakker en koopt daar een brood voor 2 euro. Deze transactie of ruil kan enkel plaatsvinden als zowel de bakker en u hierover tevreden bent. Dit betekent niets minder dan dat u een brood meer waard vindt dan het 2 euro muntstuk anders zou u het niet doen. Anderzijds vindt de bakker uw 2 euro meer waard dan zijn brood, anders zou hij het niet verkopen.
Hoe is de transactie tot stand kunnen komen? Omdat u honger hebt of zal hebben en u 2 euro een redelijke prijs vindt voor een brood. Anderzijds is de bakker tevreden want hij heeft meer gekregen voor zijn brood dan het hem gekost heeft en zelf al zijn brood opeten is geen optie. Resultaat: beiden zijn door een ruil beter af en dit is de enige reden waarom er een ruil plaatsvindt.
Stel dat de bakker plots 3 euro vraagt voor zijn brood. De kans is groot dat u zegt, sorry maar ik hoef uw brood niet. U gaat een straat verder naar een andere bakker die wel zijn brood voor 2 euro verkoopt. Er is hier dus een zeker evenwicht tussen de prijs van een brood en het brood zelf. Dit proces ontstaat vanzelf en behoeft geen overheidsinmenging.
Stel er is crisis en de overheid wil het leed verzachten en bepaalt dat 1 brood van bvb. 800 gram slechts 1 euro mag kosten. Een algemeen gejuich gaat op en de politieker die dit beslist heeft, zal, als de verkiezingen 's anderdaags plaatsvinden, veel stemmen halen.
De politieker vergeet wel een belangrijk feit: Hoe zal de bakker reageren? Stel dat de kostprijs om een brood te maken 1,05€ is. Dan heeft de bakker verschillende mogelijkheden: Hij kan minder kwaliteit van brood maken, zodat hij terug winst maakt. Hij maakt helemaal geen brood meer (enkel nog pistolets, sandwiches en baguetten) of hij maakt brood van 900gram waarvan hij toch een vrije broodprijs kan vragen. Waarom? De overheid heeft ervoor gezorgd dat de verkoopsprijs van 1€ voor een brood een slechte ruil is. Er is geen meerwaarde voor de bakker, enkel een verlies. Het resultaat is dat u ofwel geen brood meer kunt kopen of van mindere kwaliteit of een ander soort brood aan de marktprijs.
De conclusie is duidelijk: ieder ingrijpen van de overheid in de economie is schadelijk. De val van het communisme heeft dit ten overvloede bewezen. Wellicht zal de overheid het argument aanhalen dat bakkers de boel saboteren en zullen ze met secundaire maatregelen afkomen, zoals het verbieden van ander brood te maken, bakkers een proces aandoen, enz. . De eerste, slechte interventie lokt dan een tweede slechte interventie uit en je krijgt een lawine van gebod en verbod maatregelen, terwijl het allemaal veel simpeler kan door de markt haar werk te laten doen.
Ook Europa heeft zich hiertegen bezondigd door het omgekeerde te doen. Ze gaven subsidie aan de boeren. Deze produceerden dan zoveel melk en boter dat dit leidde tot de beruchte boterbergen en melkplassen (Boeren produceerden meer dan dat er vraag was door de subsidie). Nadien moest Europa dan deze boter en melk op de wereldmarkt gooien waardoor deze dan op zijn beurt ontwricht raakte.
Kent u gevallen waar overheidsingrijpen in de economie een goede zaak is voor het algemeen belang?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten