Daniel Kahneman is een belangrijke pionier op het grensvlak van de economie en de psychologie. Hiervoor ontving hij de Nobelprijs voor economie in 2002, alhoewel hij als psycholoog nooit een cursus economie had gevolgd. Samen met zijn spitsbroeder Amos Tversky schreef hij zeer interessante artikels over beleggerspsychologie (behavioral finance) met als hoogtepunt hun Prospect Theory (verwachtingstheorie) in 1979.
Met hun behavioral finance gingen ze loodrecht in tegen alle bestaande klassiekers als de portefeuilletheorie, de efficiënte markten en de modellen van Black en Scholes. Hun ideeën steunen op het ene feit dat mensen niet altijd de juiste beslissingen nemen. Vooral de factor onzekerheid waar alle knappe economische koppen voor hen de tanden op stuk beten, werd door beiden beter begrepen. Ze bestudeerden voornamelijk de menselijke drijfveren en specifiek hoe deze met risico omgingen.
Zo ontdekten zij door empirisch onderzoek, belangrijke gedragingen bij mensen, waardoor deze niet altijd voor het meest interessante kiezen (wiskundig). Het "zekerheidseffect" speelt een belangrijke rol.
Mensen kiezen altijd voor een zekere kleine winst, dan voor een onzekere grote winst. Zo kiest men voor een winst van 1000€ als die 100% zeker is en niet voor een winst van 1500€ als die maar 80% zeker is (alhoewel wiskundig dit 1200€ is en dus meer dan 1000€). Bij verlies gaat men juist het tegenovergestelde doen: hier kiest men voor de kans van 80% verlies van 1500€ ipv de 100% zekere 1000€ verlies. Bij winst vertrouwt men dus die 20% kansverschil niet (de buit is toch binnen, dus geen risico nemen), terwijl bij verlies men zich vastklampt aan die 20% kansverschil ( je weet maar nooit dat we daardoor geen verlies maken, men neemt dan teveel risico). Beide zijn logisch verkeerd en verklaren meteen waarom beleggers te vroeg winst nemen en hun verliezen te hoog laten oplopen.
Bernouilli had dit ook al in 1738 ontdekt: eenzelfde bedrag verliezen doet emotioneel meer pijn dan de vreugde die men heeft het te winnen. Stel dat je ganse vermogen 100000€ is, zal het verlies van dit vermogen veel pijnlijker aanvoelen dan het geluk die men voelt 200000€ te bezitten. Bernouille was dan ook een verre voorloper van de "behavioral finance". Daarom houden beleggers verlieslatende posities veel te lang bij omdat ze niet tegen het verlies kunnen.
Kahneman heeft op dezelfde manier 14 stellingen gemaakt van irrationeel gedrag. Zo luidt een tweede stelling:
"Als de winstkansen zeer klein zijn, gaat de grote meerderheid voor de grootste winst." Deze stelling hoeft nauwelijks uitgelegd: Het succes van loterijen, casino's en zelfs verzekeringscontracten bewijzen het elke dag. Laat mensen kiezen tussen 2% kans op het winnen van een gouden sieraad of 6% kans op het winnen van een identiek zilveren sieraad, zal de overgrote meerderheid kiezen voor het gouden sieraad, alhoewel ze driemaal meer kans hebben om het zilveren sieraad te winnen.
Een ander voorbeeld is dat mensen nutteloze verzekeringen afsluiten voor bvb. een wasmachine. De kans dat zo'n machine de eerste jaren stuk gaat, is veel kleiner dan wat mensen inschatten als kans. Hierdoor betalen ze veel te veel voor de verzekering, waarvan verzekeraars profiteren.
Beide psychologen kwamen tot de volgende 3 conclusies:
1. Mensen begrijpen meestal niet tenvolle waarmee ze bezig zijn.
2. Hoe meer emotie er in het spel is, hoe minder rationeel er gehandeld wordt.
3. Mensen denken niet lang en diep genoeg na en vertrouwen op snelle, oppervlakkige beslissingen. Een voorbeeld van dit laatste is het ijsje met slagroom. Beide tesamen kosten 2,2€. Het ijsje kost 2€ meer dan de slagroom. Hoeveel kost de slagroom?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten